Kinderen die bewegend leren rekenen en spellen, pikken de lesstof sneller op dan klasgenootjes die stilzitten tijdens de les. Het loont dus om kinderen in de klas extra veel te laten bewegen. Hoe je dat kunt doen? In dit artikel zetten we vier best practices voor je op een rijtje.
Dit artikel is eerder op Onderwijs van morgen verschenen.
Bij kinderen die tijdens de lessen in de klas bewegen, komt adrenaline vrij in de hersenen. Hierdoor nemen zij de lesstof beter op. Dat is het resultaat van het onderzoek ‘Fit & Vaardig op school’ van de Rijksuniversiteit Groningen. De onderzoekers ontwikkelden de lesmethode ‘Fit & Vaardig’: drie dagen per week een half uur bewegen.
Zo spellen kinderen woorden door bij iedere letter een sprong te maken. Of geven ze antwoord door de beweging te maken die bij het juiste antwoord staat. Na zo’n les bleken zij zich beter te kunnen concentreren. Ook zijn kinderen gezonder: na een jaar is hun BMI (bijna) niet gestegen, terwijl dat wel het geval is bij kinderen die geen Fit & Vaardigheidslessen volgden.
Hoe doe je dat: bewegen in de klas?
De basisschool vormt bij uitstek de plek om kinderen meer te laten bewegen: alle kinderen zitten immers vijf dagen per week in de klas. In dit OVM-artikel kun je lezen dat Nederlandse kinderen meer zitten dan hun leeftijdsgenootjes in andere landen. Meer bewegen is dus een must! Maar hoe doe je dat? OVM zet vier best practices voor je op rijtje:
1. Ga staan!
Je kunt op allerlei simpele manieren zorgen voor meer beweging. Doe bijvoorbeeld voortaan enkele activiteiten staand. Ga staand zingen. Ga staand en klappend tellen. Heeft een kind een vraag? Sta maar op en stel ’m. Of doe een les staand rekenen. Wie het antwoord weet, gaat op zijn stoel of tafel staan. Als je de staande activiteiten koppelt aan vaste momenten, dan wordt het vanzelf een gewoonte.
2. Fietsen in de klas
Op de Lea Dasbergschool in Arnhem staan drie deskbikes in de klas. Hierop kunnen kinderen al trappend de les volgen of een werkopdracht maken. Wekelijks maken de meeste kinderen wel een keer gebruik van een fiets. Het fietsen zorgt ervoor dat ze meer gefocust zijn.
3. Taalestafette
De taalestafette is ook bedacht op de Lea Dasbergschool. Ga met je klas naar het schoolplein en maak groepjes. Een meter of twintig vanaf de startlijn leg je een stuk papier met een stift. De kinderen rennen daar in estafette naartoe en schrijven er een woord op dat begint met (bijvoorbeeld) een ‘C’. Na ongeveer een kwartier worden de punten in de klas genoteerd. Bekijk in onderstaande video hoe de taalestafette, de deskbikes en andere werkvormen er in het echt uitzien:
4. Rekencircuit
Ook leren rekenen kun je goed combineren met bewegen. Tafels automatiseren bijvoorbeeld. Voor deze activiteit heb je een bal nodig. Kind 1 bedenkt een som en gooit de bal naar een kind dat de som moet beantwoorden. Het kind met de bal bedenkt de volgende som en gooit de bal naar een ander kind. Of maak een rekencircuit op het schoolplein. Bekijk voor meer inspiratie dit filmpje.
Meer weten?
Vergeleken met gewone lessen hebben fysiek actieve reken- en taallessen opvallende voordelen. Zo zijn kinderen door meer aandacht en concentratie beter bij de les. Meer tips over beweging in de klas? In dit OVM-artikel lees je meer over apps die je kunt inzetten bij gym of andere bewegingsvormen. Lees ook dit artikel over de Nationale Buitenlesdag.
Hoe breng jij de kinderen in je klas in beweging? Geef jij al actieve lessen waarin beweging (mede) centraal zit? Deel je best practices hieronder.