Home » Beter formatief evalueren? Verbeter je vraagtechniek

Beter formatief evalueren? Verbeter je vraagtechniek

Formatief evalueren is een actueel thema. Niet gek: het stelt je in staat om tussentijds te polsen hoe het ervoor staat met leerlingen en om waar nodig bij te sturen. Maar hoe pas je dit concreet toe in je eigen lessen? In dit artikel legt Sofie Faes uit hoe je een typisch lesonderdeel, het stellen van vragen, kunt verbeteren en zo beter formatief leert evalueren.

Sofie Faes is docent biologie onderbouw vmbo-t, havo, vwo op het Heerbeeck college in Best. Sinds 2015 is ze bezig met meer formatief handelen in haar lessen. Deze en vele andere werkvormen kun je zelf ervaren in haar workshop op het Nationale docentencongres NASK op 14 februari. Ben je er niet bij en heb je toch interesse in de workshop? Mail naar s.faes@heerbeeck.nl.

Formatief evalueren is een containerbegrip waarin veel elementen van goed lesgeven terugkomen. Je kunt het op veel manieren bespreken en benoemen zoals René Kneyber – expert in formatief evalueren – in dit blog bespreekt. Toch zijn er steeds drie processen die hierin terugkomen: doelgericht werken, leren zichtbaar maken en activiteit om het doel te bereiken.

Waarom vragen stellen?

Volgens Dylan William heeft vragen stellen twee functies: leerlingen aan het denken zetten en de docent informeren. Door het antwoord op een vraag van de docent te bedenken moeten leerlingen actief informatie uit hun geheugen halen, ook wel retrieval practice genoemd. Dit zorgt ervoor dat leerlingen de stof beter onthouden. Daarnaast wil je als docent ook een geïnformeerde beslissing maken over het beste vervolg van de les, bijvoorbeeld of er nog aanvullende instructie nodig is of dat leerlingen al zelfstandig opdrachten kunnen maken. Op deze manier gebruik je het stellen van vragen als formatieve techniek.

Huidige werkwijze

Als een docent een vraag stelt zijn het echter vaak dezelfde leerlingen die hun hand opsteken. Andere leerlingen blijven liever onzichtbaar en passief. Zo wordt de prestatiekloof tussen deze twee groepen leerlingen steeds groter. Daarnaast wil je ook weten in welke mate diverse leerlingen in je klas de stof beheersen en niet alleen hoe de ijverige leerlingen het doen. Het is dus belangrijk om alle leerlingen zoveel mogelijk te betrekken.

Nieuwe aanpak: geen vingers opsteken

Daarom geldt in mijn lokaal de regel: geen vingers opsteken, tenzij je een vraag hebt. Als ik een vraag stel is er eerst even nadenk tijd, alle leerlingen worden aangespoord na te denken want ze weten dat iedereen aan de beurt kan komen. Dan kies ik een willekeurige leerlingen om de vraag te beantwoorden. Echt willekeurig beurten geven lukt me niet goed, dus gebruik ik hiervoor een digitale tool. Er zijn er veel op de markt, maar inmiddels gebruik ik al drie jaar met grote tevredenheid Flippity.  Naast willekeurige naamselectie heeft deze webtool ook andere handige opties, zoals willekeurige groepjes en plattegronden maken.

Omgaan met ‘weet ik niet’

Regelmatig komt het voor dat een leerling ‘weet ik niet’ zegt. Het kan zijn dat de leerling dan gewoon geen zin heeft om na te denken of geen fouten durft te maken. Dan geef ik de beurt aan nog twee willekeurige leerlingen, vervolgens kom ik terug bij de eerste en vraag ik welk antwoord volgens hem het beste is. Zo kan een leerling niet makkelijk weg komen met ‘weet ik niet’ en is er een extra stimulans om zelf na te denken. Na het stellen van een vraag:

• Geen vingers opsteken
• Geef nadenktijd
• Kies willekeurig een leerling, bijv. met Flippity: een instructie vind je hier.
• Speel de vraag door voordat je het antwoord geeft

Wat is jouw kijk op formatief evalueren? Gebruik jij het actief of sporadisch?  Laat een reactie achter via onderstaand reactieformulier.

Laatste onderwijsnieuws

Onbeperkt toegang
met je OvM account

Met het OvM account krijg je als onderwijsprofessional toegang tot meer artikelen en regel je welke informatie je wilt ontvangen. Bijvoorbeeld de nieuwsbrief of Juf & Meester.