Leerlingen leren niet alleen binnen de muren van de school. Ook daarbuiten zijn ze dagelijks, zowel bewust als onbewust, bezig met het opdoen van kennis en vaardigheden. Sporten, muziekles, verdieping in eigen interesses, lessen in de prille liefde en andere levenslessen. In het leven van een puber is het nooit saai. Maar wat kan dit buitenschoolse leren betekenen voor het leren binnen de school?
Dat zochten wetenschappers, verbonden aan Universiteit Utrecht, uit met een reviewstudie. Daaruit blijkt dat, om buitenschools leren van betekenis te laten zijn binnen de muren van de school, er sprake moet zijn van continuïteit. Dat wil zeggen: dat er continu enige vorm van verbinding is tussen de verschillende binnen- en buitenschoolse leeromgevingen van een leerling. Die continuïteit heeft namelijk een positief effect op schoolbetrokkenheid, interesseontwikkeling én de motivatie om verder te leren in de toekomst. Als dat niet het geval is – dus wanneer er sprake is van discontinuïteit – dan ervaren leerlingen vaak negatieve gevoelens, een verminderde betrokkenheid bij school en een grote kans op uitval.
Referentie: L.H. Bronkhorst, S.F. Akkerman, Continuities and discontinuities in learning across school and out-of-school contexts. Universiteit Utrecht, 2014
Lees verder:
Deze reviewstudie werd gefinancierd vanuit het fundamentele onderwijsonderzoek (PROO) van het Nationaal Regieorgaan Onderwijsonderzoek (NRO). Het onderzoeksrapport is nog niet beschikbaar. Wel kunt u vast verder lezen over de bevindingen uit de reviewstudie op de website van het NRO.