Mbo-studenten, die een studie hebben gekozen die niet bij ze past, vallen vaker uit. Het is daarom belangrijk om aan het einde van de vmbo-opleiding tijd te nemen voor het maken van de studiekeuze. Wat hebben de leerlingen daarvoor nodig en hoe kun je ze helpen?
Het Kennisplatform Integratie & Samenleving (KIS) keek met vmbo’ers en mbo’ers terug op hun studiekeuze: wie is daarbij van invloed geweest en wat hebben ze gemist bij het maken van hun keuze? In de bijbehorende publicatie doen de onderzoekers aanbevelingen om de loopbaanoriëntatie en -begeleiding (LOB) beter te laten aansluiten bij leerlingen.
Proactieve houding
Uit het onderzoek blijkt dat leerlingen de gesprekken met leraren over hun studiekeuze heel waardevol vinden. Maar in de praktijk gebeurt dit niet veel, omdat leerlingen het lastig vinden om zelf op een docent af te stappen. Docenten zouden daarin een meer proactieve houding kunnen aannemen. Bijvoorbeeld door aan de leerlingen vragen te stellen over hun interesses en toekomstige studie. Deze (informele) gesprekken met leerlingen kunnen dan onderdeel zijn van het loopbaanoriëntatie- en begeleiding-programma.
Praktische informatie
De vmbo’ers uit het onderzoek van KIS geven aan vooral praktische informatie over vervolgopleidingen te missen. Wat houden de opleidingen precies in? Wat zijn de vakken die je krijgt en wat zijn de baankansen? Leerlingen vinden het waardevol als een mbo-student op hun school over zijn of haar opleiding komt vertellen. Ook het (verplicht) bezoeken van open dagen vinden de ondervraagde leerlingen nuttig, omdat je zo de mbo-instelling en de opleidingen die ze aanbieden beter leert kennen.
Beroepen in de praktijk
Kennismaken met beroepen in de praktijk helpt ook om een realistischer beeld te krijgen. Bijvoorbeeld via bedrijfsbezoeken, veldbezoeken, bliksemstages, mini-stages, snuffelstages en de beroepencarrousel. Scholen kunnen dit organiseren in het kader van het LOB-programma. Daarbij kunnen ze ook aansluiten bij bestaande initiatieven en programma’s. In de publicatie van KIS kun je daar meer over lezen. Opvallend is overigens wel dat een deel van de mbo’ers uit het KIS-onderzoek deze korte stages op het vmbo afraadt. Alleen als de stage aansluit bij de interesse van de leerling en er een koppeling gemaakt kan worden tussen een stage en een (vervolg)opleiding of baan, dan heeft het in hun ogen meerwaarde.
Ouderbetrokkenheid
Ook ouders kunnen een positieve rol spelen in de studiekeuze. Bijvoorbeeld door samen met hun kind te reflecteren op activiteiten die daarbij kunnen helpen, zoals een bezoek aan een open dag of een stage. Om de loopbaanontwikkeling van leerlingen te bevorderen is ouderbetrokkenheid belangrijk. Leraren kunnen bij LOB opdrachten inzetten die zowel op school als thuis kunnen plaatsvinden. Bijvoorbeeld door leerlingen te stimuleren om met hun ouders te praten of samen loopbaanactiviteiten te ondernemen.
Een studie kiezen in coronatijd
Vanwege het coronavirus zijn de open dagen veelal afgelast. Dit is vooral vervelend voor eindexamenleerlingen, die nu noodgedwongen hun studiekeuze moeten baseren op online informatie. Jongerencommunicatiebureau Youngworks keek mee met deze online open dagen. Wat viel hen op, wat ging goed en wat kan beter? We schreven er twee artikelen over: Jongeren en studiekeuze: komen ze er online uit deel 1 en deel 2.
Op welke manier ondersteun jij jouw vmbo-leerlingen bij het maken van een studiekeuze? Deel je best practice hieronder.
