In deze les leren de kinderen over de herfst aan de hand van verschillende opdrachten in het Engels. Ze oefenen met het benoemen van voorwerpen die typisch zijn voor de herfst, zoals bomen, bladeren, en regen, en vullen ontbrekende letters in woorden zoals ‘pumpkin’ en ‘wind’.
Daarnaast maken ze zinnen af en zoeken ze woorden in een woordzoeker. Deze activiteiten helpen de leerlingen hun Engelse woordenschat te vergroten op een speelse manier. Tegelijkertijd raken ze vertrouwd met de woordenschat rondom het thema herfst.