‘Wat zonde dat je niets met je pabodiploma doet,’ zegt een kletsnatte moeder tegen me terwijl ze haar zoon ophaalt bij ons thuis. Ik knik en ga er niet op in. Ze bedoelt het vast als compliment en ik heb geen zin in een discussie met haar. Ik geef haar zoon mee met een zelfgeknutselde robot van rijstverpakkingen in zijn hand.
Als ik even later mijn kinderen voor een niet-pedagogisch verantwoord Netflixfilmpje geplant heb en zelf in de keuken de tomaten sta te snijden, denk ik over haar opmerking na. Heeft ze gelijk? Is het zonde als je een opleiding doet en vervolgens niet voor dat beroep kiest? En is het eigenlijk wel waar dat ik er niets mee doe?
Als moeder heb ik veel baat bij mijn opleiding tot juf. Ik heb een hoop activiteiten in mijn hoofd die ik bij slecht weer altijd kan inzetten. Ik wist voordat Nathan geboren werd al wat ik belangrijk vond voor de ontwikkeling van kinderen. Hoewel de opvoeding van je eigen kinderen iets anders is, merkte ik het verschil met mijn man die over zulke dingen voor het eerst nadacht. Ik weet een hoop handige ‘trucjes’. Zeg wat je wel wilt, in plaats van te benadrukken wat je niet wilt. (Ik wil dat je ‘rustig loopt’, in plaats van ‘niet rent’.) Tijdens de lockdown had ik een enorme voorsprong bij het geven van thuisonderwijs. En ik kan goed verhalen vertellen en voorlezen. Iets waarvan ik dacht dat elk mens dat kon, totdat ik mijn schoonzusje hoorde voorlezen aan mijn zoons … Dat was zo toonloos dat zelfs de auteur zijn verhaal niet zou herkennen.
Ook als journalist heb ik baat bij veel dingen die ik op de pabo leerde. Die opleiding-waar-je wc-rolletjes-leert-plakken, zoals vrienden het ooit denigrerend noemden. Als er iets is wat je er leert, is het om aan te sluiten bij de kinderen. Op hun niveau, op de emotie die ze meebrengen, op de actualiteit die bij hen speelt (niet over zomerbloemen beginnen als het buiten sneeuwt). In mijn werk gebruik ik dit dagelijks. Ik vraag me af: wat is de voorkennis van mijn publiek? Op welke emotie luisteren of lezen ze dit? Wat doen ze op dat moment? Hoe houd ik de aandacht vast? En bij de planning van projecten of een evenement denk ik vaak terug aan de eindeloze lesvoorbereidingen die we op de pabo moesten maken. Het belang van het formuleren van je doelen, een tijdsplanning maken, bedenken welke middelen je nodig hebt.
En ik ben niet de enige. Ik liep ooit per ongeluk tegen Annette van Trigt aan op een journalistiek congres. (Voor mensen onder de 40 jaar, googel haar even.) Ze vertelde dat ze nog steeds dingen gebruikt die ze op de Pedagogische Academie leerde, zoals de stappen van een lesvoorbereiding en het doelgroepgericht denken.
Zonde? Nee, ik geloof het niet, is mijn conclusie. Ik ben happy als journalist en redacteur. En ik gebruik de dingen die ik op de pabo leerde eigenlijk nog elke dag! In mijn werk én in mijn gezin. Ik denk niet dat veel mensen dat kunnen zeggen over hun opleiding. En daar profiteert deze moeder ook van als ik haar zoon op een regenachtige dag bij mij thuis iets leuks laat knutselen, omdat hij zich verveelt. Want ook het voorkomen van lastig gedrag en het de-escaleren heb ik ooit dáár geleerd.