‘Juf, mag het licht uit?’ Jacob staat voor mijn neus te zwaaien met een velletje stickers. Ik trek verbaasd een wenkbrauw op. Eh, wat? ‘Het is glow in the dark, dat moeten we zien!’
Een schoencadeau van Sinterklaas. Natuurlijk. Terwijl Jobs moeder verontschuldigend naar me gebaart, knik ik haar grinnikend toe. Dit zijn Belangrijke Zaken, dat begrijp ik best. Als even later de bel gaat en groep 3 zich klaarmaakt voor de start van de dag, vraag ik Tias het licht uit te doen. Job komt naar voren, showt zijn stickers en vanuit de klas klinken zoete kreetjes van bewondering.
Natuurlijk kunnen de reacties niet uitblijven. Vingers schieten de lucht in en het ene cadeau na het andere wordt uitgebreid beschreven. Een armbandje, met sterretjes en een soort gouden randje en een sluiting die heel moeilijk is. Stuiterballen met lampjes. Chocoladekruidnoten, een kikker en een muis. Een schilderijtje om zelf te maken. Snoepjes voor de poes, met zalmsmaak. Een gedichtje. Een nieuwe broodtrommel, met een speciale plek voor je fruit.
Het wordt onrustig in de klas. Kinderen schieten van hun stoel, rommelen in hun laatjes of rennen naar hun tas. Iedereen wil wat vertellen of laten zien. Er klinken onderlinge gesprekken over de wensen voor 5 december. Tekeningen worden in de lucht gehouden of ter plekke gemaakt. Ik hoor Malou vertellen over het geluid dat ze vannacht hoorde op het dak: ‘Het was Piet, dat kán niet anders.’
Ik haal even diep adem. Het is weer zo ver. De Sinterklaashysterie is in volle hevigheid losgebarsten. Terwijl ik hoofdschuddend toekijk hoe de gekte mijn klas overneemt, besluit ik het heel even te laten gaan. Het is ook niet niks, deze periode van het jaar.
Zodra de storm een beetje gaat liggen, pak ik de regie terug. Na een mooie samenvatting van de verhalen breng ik de aandacht weer naar het bord, waar een nieuwe letter op ons wacht. Lezen, rekenen en gym, dat staat op het programma deze ochtend. In alle rust.
Hoewel… Als er op de deur wordt geklopt, schrikt de hele klas op. Piet? Nee, een collega die even een paperclip komt lenen. Als we de klas boven ons horen stampen, wordt er nieuwsgierig naar het plafond gekeken. Piet? Nee, een muziekles met danspasjes. Als er iets roods door de straat flitst, wijst David opgewonden naar buiten. Sint? Nee, een fietser met een rode jas.
Ik besluit ook een gooi te doen. ‘Dames en heren,’ zeg ik theatraal, ‘we hebben vandaag allemaal een cadeau gekregen van de pieten.’ Terwijl ik een nieuwe stapel dicteeschriften uitdeel, rolt Isa met haar ogen. ‘Juf. Alsof Sinterklaas óóit zoiets sufs zou geven.’ Nee, duidelijk. Een uurtje later zitten we aan het fruit. Alles lijkt weer normaal. Opeens schiet de vinger van Fanny de lucht in. ‘Weet je? Mijn oma was vroeger piet. Dat vertelde ze laatst.’ Blikken vol ontzag schieten Fanny’s kant op. Ik gniffel en klap mijn voorleesboek dicht. Daar gaan we weer. Tijd voor een nieuwe ronde hysterie. Kom maar op.
Sinterklaas in groep 3. De mooiste tijd van het jaar.