Apparaten die verbonden zijn met internet, onderling informatie uitwisselen en deze gegevens analyseren. Dat is het Internet of Things (IoT). Meetapparatuur en sensoren genereren eindeloos veel informatie, die vervolgens kan worden ingezet om de onderwijspraktijk te optimaliseren. Hoe? Dat lees je in dit artikel.
Steeds meer apparaten zijn verbonden met het internet. Niet alleen je telefoon, maar ook de auto, de thermostaat, de koelkast of het vergrendelingssysteem van de voordeur. Deze zogeheten IoT-apparaten slaan informatie op en versturen dat via het internet. Daar wordt de informatie in een veilige omgeving gedeeld, zodat andere apparaten op basis van deze informatie (beter) kunnen functioneren. IoT biedt zo eindeloos veel mogelijkheden voor de optimalisatie van situaties in het dagelijks leven en in de onderwijspraktijk.
Dagelijks IoT
In het dagelijks gebruik maakt IoT het bijvoorbeeld mogelijk dat de thermostaat aanspringt wanneer jouw aanwezigheid wordt gedetecteerd. Vervolgens worden de temperatuur gereguleerd en het energieverbruik geoptimaliseerd. De televisie springt uit als je een bepaalde tijd niet meer op de bank zit. Je smartwatch registreert hoeveel calorieën je verbruikt en de koelkast geeft op basis daarvan aan wat je het best zou kunnen eten. Spotify schakelt automatisch van de speaker naar je draadloze oortjes wanneer je het huis verlaat. Een belangrijk onderdeel van het IoT is de gegevensuitwisseling. Andere apparaten nemen informatie over om zo een dag te optimaliseren en persoonlijk comfort te vergroten.
IoT voor het onderwijs
Maar: het draait niet alleen om comfort. De data bieden ook veel mogelijkheden voor onderwijs en onderzoek.
De toepassingen in het onderwijs zijn dan ook eindeloos. Als school moet je alleen een netwerkinfrastructuur hebben – een dataplatform om apparaten te koppelen, data op te slaan, te managen en te streamen – die deze data-uitwisseling mogelijk maakt. Smart classrooms dus, met een draadloze onderwijsomgeving waarin diverse apparaten informatie uitwisselen. Het analyseren en visualiseren van die data levert interessante gegevens op. Niet alleen over de piekmomenten in de aula, maar ook over de situatie in de klas.
IoT in de lespraktijk
Sensoren kunnen de concentratie van leerlingen monitoren. Zo kun je te weten komen welke lesvorm het meest geschikt is voor welk moment of wanneer je welke lesstof het beste kunt aanbieden. Ook inhoudelijk kan het IoT een bijdrage leveren. Het digibord is verbonden met het internet en kan gegevens uitwisselen met andere apparaten. Behandel je een onderwerp op het digibord? Dan krijgen leerlingen eenmaal thuis automatisch verdiepende informatie op hun laptop gepresenteerd.
IoT draagt bij aan gepersonaliseerd leren. Bijvoorbeeld: maken leerlingen een proeftoets in een online toetsomgeving, dan krijgen ze op basis van hun toetsresultaat een persoonlijk leerplan voor het proefwerk. Een analyse van de toetsresultaten kun je als docent dan weer gebruik voor een evaluatie. Welke lesstof je nogmaals moet behandelen, krijg je automatisch in een op de klas toegespitst lesplan.
Educatief IoT
Tot slot is het belangrijk voor leerlingen dat ze ook zelf met het IoT leren werken. Zij moeten functioneren in een wereld waar IoT de dagelijkse praktijk is. Voor educatieve doeleinden zijn er computers ontwikkeld met aansluitend lesmateriaal om digitale technologie inzichtelijk te maken en te oefenen met diverse onderdelen van een IoT-systeem. Wil je hieraan aandacht besteden in jouw klas? Raspberry Pi biedt gratis docentexemplaren van het onderwijsboek over het Internet of Things.
Hoe helpt het Internet of Things jou tijdens de les? Laat een reactie achter via onderstaand reactieformulier.
