Vorige week deelden we inspirerende tips over theaterlezen, bijzondere leesplekken en voorlezen. Het draaide allemaal om wegdromen, filmpjes maken in je hoofd, meeleven met de hoofdpersoon en je hoofd volstoppen met bijzondere weetjes. Kortom: over lezen! In dit tweede deel ontdek je drie gloednieuwe tips waarmee je jouw klas kunt omtoveren tot een waar leeswalhalla.
Leesrondje
Deze week even geen boekpresentaties, knutsels en boekverslagen, maar gewoon heel veel lezen! Wel is het leuk elkaar te laten weten wat je leest. Dat kan heel simpel door een ‘leesrondje’ te houden:
- Laat je boek zien.
- Noem de titel en de schrijver.
- Vertel in een paar zinnen waar het boek over gaat.
- Lees eventueel een stukje voor.
Boekenbordjes
Leg op een plekje achter in de klas een stapel papieren bordjes en een pot stiften neer. Kinderen kunnen boekenbordjes maken. Ze kunnen bijvoorbeeld een boekentip op een bordje schrijven, een mooie zin uit een boek of een weetje over hun favoriete schrijver. Ook kunnen kinderen een vraag schrijven op een bordje, zoals: ‘Wie weet er een spannend boek waar je ook om kunt lachen?’ waar andere kinderen dan weer een antwoord bij kunnen schrijven. Plak de bordjes op grote vellen papier aan de muur.
Minibieb
Niet iedereen heeft thuis boeken en niet elk kind gaat naar de bieb. In de klas (of school) kun je van een klein (boeken)kastje een minibieb maken. Vul de minibieb met afgeschreven biebboeken of laat kinderen die thuis oude boeken hebben deze in de kast zetten. Maak een afspraak: is het boek uit? Dan gaat het weer terug in de kast.