‘Juf?’ Milou staat naast me en trekt aan mijn shirt. Ik kijk haar aan, één wenkbrauw opgetrokken. De klas is in diepe werkstilte gehuld. ‘Nee, Milou. Ik kom vanzelf bij je.’ We hebben net afgesproken dat de kinderen niet aan de wandel gaan, dus gedecideerd wijs ik naar haar tafel. Beteuterd kijkt ze me aan, maar volhardend kijk ik terug. Consequent blijven.
Opeens zie ik een chemisch glow-in-the-dark-armbandje in haar hand, waar flink aan geknabbeld is. Zo flink, dat het uiteinde helemaal stuk is. Oh oh. Een lichte paniek bekruipt me. Ik trek haar mee naar de kraan. ‘Milou, heb je…?’ Ze knikt. Ze heeft de glow-in-the-dark-vloeistof ingeslikt.
Terwijl ik Milou laat spoelen en drinken, laat ik de rest van de klas snel hun jas aantrekken. Hup, naar buiten. Een behulpzame collega belooft een oogje in het zeil te houden. Ik blijf binnen om te bedenken welke eerste hulp in dit geval geboden is. Ik weet niet veel van het lichtgevende spul, maar wat extra zorgvuldigheid kan vast geen kwaad.
Dan gaat het plotseling heel snel. Door het raam hoor ik leerling Bram, die het hele gebeuren maar wát geïnteresseerd gevolgd heeft, opgewonden over het schoolplein rennen. ‘Een meisje uit mijn klas heeft gif ingeslikt!’ Hij snelt van het klimrek, via de schommels, naar de brandtrap, om alle kinderen van het laatste nieuws op de hoogte te stellen: ‘Hebben jullie het al gehoord? Een meisje uit mijn klas… Heel gevaarlijk, hoor!’ De sensatie verspreidt zich als een olievlek over het plein. ‘Misschien wordt ze wel heel ziek!’ Steeds meer kinderen verdringen zich voor de ramen. Ik stuur ze allemaal weg. Mijn lichte paniek begint langzaamaan toch wat heviger te worden.
Milou heeft Bram horen roepen en staat inmiddels hysterisch aan mijn zij. ‘Is het gif? Is het gevaarlijk? Ga ik dood? Ik ben wel misselijk. En ik heb buikpijn.’
Twee collega’s, die Bram ook hebben horen roepen, komen haastig het lokaal binnen. Terwijl ze kibbelen over het al dan niet aanwezige gevaar en het al dan niet moeten bellen van de ouders, kruip ik achter de computer. In tijden van nood is Google je beste vriend. Glow in the dark, inslikken, gevaarlijk? Een antwoord is snel gevonden. ‘Toxiciteit is gering, paniek niet nodig.’
Opgelucht besluit ik Milous moeder toch even te bellen. Ze reageert rustig, bedankt me voor het doorgeven en besluit de huisarts nog om extra advies te vragen. ‘Als je niets meer van me hoort, kan ze gewoon op school blijven.’
En zo geschiedt. Er is geen gevaar, al vinden Bram en Milou dat moeilijk te geloven. ‘Maar’, zo sputtert Bram, ‘volgens mij wordt ze een beetje groen!’ Milou knikt, terwijl de tranen over haar wangen biggelen. Ik besluit mijn beproefde zorgpakket in te zetten: bij de juf op schoot, even lekker voorlezen. Rustig maar.
Een half uurtje later staat Milou weer naast me, deze keer met een berg armbandjes die ze uit haar laatje heeft gevist. ‘Ik hoef ze niet meer, juf, die stomme dingen.’ Ik knik en ben het helemaal met haar eens. Weg ermee. Stomme dingen.