De eerste Cito-ronde van dit schooljaar bij de kleuters is gestart. De tafels worden uit elkaar geschoven, afdekkaartjes en potloden worden uitgedeeld en de kinderen klimmen enthousiast op de stoelen. Gezellig hoor!
Los van de discussie of je kleuters wel of niet moet toetsen, sta ik liever stil bij de mooie momenten die ik waarneem bij het afnemen van deze taken. Dat zijn namelijk essentiële zaken die er voor mij als juf toe doen.
Op goed volume en duidelijk articulerend lees ik de opdracht voor. ‘Papa en mama gaan naar de supermarkt. Papa stopt alvast een paar appels in een zak. Mama haalt de komkommers. Wat doet papa?’ Naast me hoor ik: ‘Bier halen!’ Ruben kijkt me trots aan, met een glimlach van oor tot oor. Hij licht nog even toe dat zijn papa altijd bier gaat halen in de supermarkt. Helaas stond dat niet bij de antwoordmogelijkheden … Ik lees de opdracht nog een keer voor. Ruben heeft uiteraard zijn eigen belevingswereld vooropstaan en vergeet daardoor het brave verhaaltje van de juf.
Emma is een vrolijk, dromerig en spontaan meisje. Op het moment dat ik een onderstreep-opdracht wil voorlezen, zie ik dat Emma een streep zet onder de poes. Ik vraag haar waarom ze dat doet, ik had tenslotte nog niets gezegd. Emma reageert met een verliefde blik: ‘Dat vind ik zo’n mooie poes! Dat is het mooiste plaatje, juf!’
Bij de keuze uit muziekinstrumenten, roept Mike: ‘Mijn opa speelt ook flokbluit!’ En als ik voorlees dat Joep gisteren verkleed was als draak, vandaag als prinses en morgen als koe, zet Lynn met haar tong uit de mond een streep onder de prinses: dat wordt zij met carnaval! Cito-toetsen, ze vervelen nooit!