Om op school zo veel en gevarieerd mogelijk te kunnen lezen, moet er een goede boekencollectie aanwezig zijn. Het is belangrijk dat deze collectie niet alleen uit genoeg boeken bestaat, maar ook uit genoeg variatie in aanbod. Zo kan iedere leerling de boeken vinden die bij hem of haar passen.
Merel de Vink startte in 2013 haar bedrijf Leesvink. Ze helpt basisscholen met het opzetten en onderhouden van een goede schoolbibliotheek. Merel werkte ruim twaalf jaar bij de kinderboekenuitgeverij Lemniscaat, waar haar liefde voor en kennis van kinderboeken steeds meer groeide. Haar missie is om iedere basisschool in Nederland te voorzien van een goede schoolbibliotheek. Voor meer informatie zie: www.leesvink.nl
De ideale schoolbibliotheek
Idealiter heeft iedere schoolbibliotheek gemiddeld 7 à 8 boeken per leerling beschikbaar. Het aanbod binnen de collectie moet divers zijn: klassiekers, ‘lekkere leesboeken’, stripboeken, poëzie, informatieve boeken, boeken voor eerste lezers, prentenboeken, maar ook boeken voor de minder goede lezers. De kasten staan niet te vol en er is ruimte om boeken ook frontaal neer te zetten. Het is fijn als er bij de kasten een leeshoek is met een paar banken of zitzakken, waarin de kinderen helemaal kunnen verdwijnen met hun boek.
Een diverse collectie bevordert de leessmaak
Om de jongste lezers meteen vertrouwd te maken met de bibliotheek en het kiezen van boeken is het belangrijk om ook START en eerste leesboeken in de kasten te zetten. Vanaf groep 4 kunnen leerlingen dan hun eigen leessmaak ontwikkelen. Naast de boeken van Koen Kampioen, Bob Popcorn en Roald Dahl staan er op die planken bij voorkeur ook moppenboeken en stripboeken, waardoor leerlingen zich vrij voelen om ook boeken te lezen met meer illustraties. Met het lezen van stripverhalen vergroten ze niet alleen hun woordenschat, maar ontwikkelen ze ook een ‘beeldsmaak’.
Informatieve boeken verdienen aandacht en ruimte in de bibliotheek. Om de nodige leesmeters te maken kunnen leerlingen, die wat minder graag lange verhalen lezen, een informatieboek pakken over een onderwerp dat hen interesseert. Deze boeken moeten dus niet ergens achter in de school in een kast verdwijnen en alleen bij een thema tevoorschijn worden gehaald. Zet ze gewoon tussen de leesboeken: lezen is lezen.
Kinderen die vlot zijn met lezen, kunnen met een ruime keuze makkelijk de overstap maken naar de planken met verhalen met wat meer uitdaging erin. Dat kan ook een dichtbundel zijn of een boek met moderne sprookjes zoals ‘De kikkerbilletjes van de koning’. Natuurlijk mogen titels uit de populaire series niet ontbreken naast de tijdloze verhalen zoals ‘Lampje’ en ‘Briefjes voor Pelle’.
Lezen is leuk
Het belang van variatie in de schoolbibliotheek is om het lezen zo toegankelijk mogelijk te maken. Kinderen die plezier hebben in lezen − omdat ze kunnen lezen wat ze leuk vinden − gaan meer en daardoor beter lezen. Helemaal als ze die boeken gewoon op school voor het kiezen hebben.
Kiezen met Karakter
De leesmethode Karakter van Malmberg stimuleert kinderen al op jonge leeftijd om veel en gevarieerd te lezen. Dat maakt hen literair vaardig en helpt ze bij het ontwikkelen van een eigen leessmaak. De in de methode aangeboden kinderboeken en fragmenten kunnen een mooie aanvulling vormen op de boekencollectie op school. Als een kind een aangeboden fragment leuk vindt, kun je het doorverwijzen naar het boek in de schoolbieb.
Meer tips om kinderen aan het lezen te krijgen vind je in de leesspecial op Onderwijs van Morgen.
Hoe ziet de collectie in jullie schoolbibliotheek eruit? En welke variatie pas je toe? Deel je tips met je collega’s via onderstaand reactieformulier.
