Voorspelde jij in 2005 dat leerlingen in 2020 rekensommen zouden maken op een Chromebook? Of Engels leren op een iPad, op een niveau dat zich dankzij kunstmatige intelligentie automatisch aanpast? En spoel nu nog eens vijftien jaar vooruit. Welke technologieën zijn er in 2035 in jouw klas beschikbaar? Wat denk je, worden docenten vervangen of ontstaat er een hybride evenwicht?
Digitalisering zet door
‘Een digitale leeromgeving is spannender en rijker. Bovendien wil je als leraar ook meegaan met de tijd.’ In een NRC-artikel vertellen leerkrachten van basisschool ‘t Blokhuus in Hoevelaken wat zij van de toenemende digitalisering van het onderwijs vinden. Naast de nieuwe mogelijkheden zien de juffen en meesters ook nadelen van de technologische veranderingen. ‘De kinderen nemen niet meer de tijd om zich te verwonderen. Alles wordt vluchtiger. Ze gaan liever op de iPad dan tekenen.’
Robots voor de klas
Het is geen toekomstmuziek meer: verschillende scholen experimenteren al met een robot in de klas. In 2018 kocht de St Wulfram basisschool in Hoogwoud een sociale robot. De aanleiding hiervoor was om leerlingen te leren programmeren, maar inmiddels wordt de robot op nog veel meer manieren ingezet.
Ook op andere basisscholen hebben de afgelopen jaren robots voor de klas gestaan. Ze brengen de kinderen letterlijk in contact met de technieken van de 21e eeuw. Werken met robots stimuleert digitale en creatieve vaardigheden. Bovendien kunnen ze jou, de leerkracht, werk uit handen nemen. Door instructies bijvoorbeeld (eindeloos en in allerlei variaties) te herhalen.
Robots in de klas
Je hebt het misschien zelf al eens meegemaakt: leerlingen die door ziekte of andere omstandigheden voor langere tijd niet naar school kunnen. Voor die les-op-afstand-situaties zijn robots een prachtige oplossing. Terwijl de leerling thuis is of in het ziekenhuis ligt, zit de robot letterlijk op zijn of haar plek in de klas. De leerling kijkt en luistert via een app direct mee en kan zo meedoen met de klasgenootjes.
Kans of bedreiging?
Bart Karstens is onderzoeker bij het Rathenau Instituut. Hij doet, binnen het thema ‘digitale samenleving’, onderzoek naar de digitalisering van het onderwijs. ‘We zien een hoop voordelen voor de toekomst’, vertelt hij in het NRC-interview. ‘Maar we zien ook twee bedreigingen. De marktpartijen die digitale middelen ontwikkelen, krijgen veel meer invloed op de inhoud van het onderwijs. En ten tweede: digitalisering leidt tot individualisering en optimalisering. Bovendien wéten leerlingen dat ze continu gemonitord worden. Ze worden banger om fouten te maken en om te experimenteren.’
Denk mee over de klas van 2035
Volgens Karstens betekent digitalisering en robots juist niet dat wij als leraren vervangbaar zijn. ‘Digitalisering maakt de leraar juist nóg belangrijker. Die moet opletten of de berekeningen van het systeem wel passen bij de leerling.’ Hij stipt ook nog een tweede aspect aan: ‘De toekomst wordt bepaald door de beslissingen die we nu nemen. Op dit moment doen vooral de makers van technologie dat. Terwijl juist de samenleving zou moeten meedenken [over] hoe de digitale revolutie eruit moet zien.’
Voor het onderwijs worden docenten en leerkrachten uitgedaagd om mee te denken. Dus kom maar op met jullie ideeën en meningen! Deel ze met ons via onderstaand reactieformulier.