School: De Piramide in Koog aan de Zaan
Geeft les aan: groep 5
Aantal jaar voor de klas: 2 jaar
Milou heeft een mol in de klas.
Je hebt een mol in de klas? Vertel…
Om het sociale klimaat gezellig te houden, geven wij veel complimenten aan elkaar via een spel. Als je ’s ochtends een stuiterbal in je kastje vindt, ben je die dag de mol. De mol moet proberen zoveel mogelijk complimenten uit te delen of zo mooi mogelijke, zonder dat de andere kinderen het door hebben. Er melden zich ook altijd nepmollen aan. Het gevolg is dat iedereen heel positief tegen elkaar praat. Aan het eind van de dag raadt de klas wie de mol is.
Wat is een goed compliment?
Wat bij iemand past en wat je zelf ook echt vindt. Kinderen geven veel complimenten over kleding, bijvoorbeeld: ‘Wat een mooie schoenen!’ Voor deze leeftijd is dat prima. Ik zie een groot verschil in het niveau van complimenten die kinderen kunnen geven. Er zijn ook kinderen die complimenten geven over iemands talent. ‘Ik wou dat ik zo mooi kon tekenen als jij.’ Of zelfs een compliment over iets wat iemand moeilijk vindt en toch lukt. Zoals een meisje dat moeite heeft met spellen, maar een moeilijk woord goed schreef en dat voor de klas durfde te laten zien. ‘Wat knap van je!’ zei de mol die schuin tegenover haar zat.
Hoe kwam je erop?
Ik houd zelf erg van spelletjes. Het idee is een combinatie van het spelletje moordenaartje dat veel kinderen spelen en van het programma Wie is de mol?. Ik ben groot fan van dat programma. Ik vind het jammer dat ik zelf altijd weet wie de mol in onze klas is… hmmm… misschien moet ik eens een collega vragen of ze stuiterbal verstopt, dan kan ik ook raden!
Hoe vinden de kinderen het?
Ze vinden het erg leuk om te spelen. Ze merken wat een compliment kan doen voor jezelf en anderen. Het eind van de dag vinden ze spannend. Van het raden van de mol maken we een leuke afsluiter met veel tromgeroffel. Dat zorgt voor een fijn groepsgevoel.
Welk resultaat zie je van dit spel?
Het was al een heel positieve klas, maar je merkt dat de kinderen beter kijken naar de mooie kanten van elkaar. Ze staan meer open voor elkaar en leren elkaar beter kennen. Ze voelen zich gezamenlijk verantwoordelijk voor de sfeer in de klas. Zo laat ik de kinderen zelf groepjes of tweetallen maken. Dan gaat supergoed. Sommige kinderen zeggen: ‘Ik ga wel bij hem, want hij heeft moeite met rekenen en ik kan hem helpen.’
Ben je zelf zo’n positief mens?
Ha, als ik dat zeg, zouden mijn collega’s heel hard lachen. Ik probeer het wel te zijn, maar ik weet hoe makkelijk het is om te klagen over buren, collega’s en mensen in de supermarkt. Wie is de mol? houdt mij ook bij de les. Het zorgt dat ik me blijf richten op het plezier dat ik heb in mijn werk. Ik geloof dat wat je uitstraalt, je terugkrijgt van de kinderen.
Wat wil je andere leerkrachten meegeven?
Blijf positief, dicht bij jezelf, relativeer en weet dat het goed komt.
Ik heb meegemaakt dat ouders in eerste instantie twijfelden aan mij als leerkracht. Toen ik voor mezelf op een rijtje zette om hoeveel ouders het nu echt ging, bleken het er maar drie te zijn. Vorige maand plaatste een blije ouder een bericht over ons Wie is de mol?-spel op social media. Dat werd bijna 1000 keer geliket en bijna 50 mensen schreven er een mooi compliment onder!
