Niet ieder kind houdt van lezen. Uit onderzoek blijkt dat minder dan een kwart van de Nederlandse kinderen lezen ‘erg leuk’ vindt. Internationaal gezien is dit de op een na laagste score. Gelukkig zijn er op veel scholen initiatieven om het leesplezier te bevorderen; van schoolschrijvers tot voorleeshonden. En heb je weleens gedacht aan prentenboeken?
Dit artikel is afkomstig uit het Praxisbulletin van mei 2019 en is geschreven door Arjanne Hoogerman. Praxisbulletin is een praktisch, onafhankelijk vakblad voor basis- en speciaal onderwijs en verschijnt 10 keer per jaar. Elke maand delen we een speciaal geselecteerd artikel uit de nieuwste editie! Meer weten? Kijk op Praxisbulletin.nl.
Naar motivatie is veel en gevarieerd onderzoek gedaan. De populairste en bekendste theorie is de zelfdeterminatietheorie van Deci & Ryan. Deze gaat ervan uit dat bij het ontwikkelen en vasthouden van motivatie drie menselijke basisbehoeften belangrijk zijn: competentie, autonomie en verbondenheid. Hoe kun je bij kinderen de motivatie om te lezen ontwikkelen en vasthouden?
Basisbehoeften in het leesonderwijs
Een leerkracht kan een kind intrinsiek motiveren om te lezen en de leesmotivatie aanwakkeren door in het onderwijsaanbod rekening te houden met de basisbehoeften.
Competentie
Bij het aansluiten op de competentie van het kind draait het vooral om zelfeffectiviteit. Het kind moet vertrouwen hebben dat het de leestaak succesvol kan uitvoeren. Dit vertrouwen is gebaseerd op eerdere ervaringen. Zorg er daarom voor dat de leestaak aansluit bij het technisch leesniveau van het kind. Of bied juist teksten aan waarbij de nadruk niet ligt op het technisch leesniveau.
Autonomie
Autonomie bij het lezen is belangrijk. Het uiteindelijke doel is dat het kind een positieve leeshouding én een persoonlijke leessmaak ontwikkelt. Autonomie gaat echter verder dan dat een kind zelf mag kiezen wat het leest. Belangrijk is dat het kind de ruimte krijgt om vrij te lezen en dat het daarbij wordt ondersteund door de leerkracht.
Een kind dat tijdens het lezen niet door een volwassene wordt ondersteund, blijkt steeds minder motivatie voor de activiteit te tonen (Deci & Ryan). Stem daarom het aanbod van boeken niet alleen af op de voorkeuren van het kind, maar ook op zijn competenties. Zorg voor een goede balans tussen voorkeur en leesniveau en zorg voor een actueel en gevarieerd leesaanbod dat aansluit op kern- en referentiedoelen.
Verbondenheid
Ouders, verzorgers, leerkrachten, vrienden en klasgenoten zijn voor een kind belangrijke stimulators om te gaan lezen. Deze groepen zorgen voor verbondenheid bij het lezen. Tijdens leeslessen en leesbevorderende activiteiten kun je als leerkracht werken aan verbondenheid.
Kies activiteiten en werkvormen waarbij elk kind een eigen rol kan spelen en waarbij je de autonomie van ieder kind kunt borgen. Een ‘Vertel eens’-gesprek à la Aidan Chambers is hiervan een goed voorbeeld. In deze gesprekken leren kinderen praten over wat ze gelezen hebben en leren ze luisteren naar de ideeën van anderen. Op die manier ontstaat een veilige omgeving waarin het kind zelf keuzes kan maken en zijn eigen mening kan geven.
Succeservaringen
Zeker in de midden- en bovenbouw is het een uitdaging om kinderen te motiveren die nog nauwelijks succeservaringen hebben opgedaan bij het lezen. Prentenboeken kunnen daarbij helpen. Het uitgangspunt is simpel: onderbouwkinderen die net leren lezen, hebben al snel een competent gevoel bij het zien van een prentenboek. ‘Dit kan ik al lezen!’ denken ze als ze het boek openslaan. En precies dat gevoel van competentie wil je overbrengen op de kinderen in de midden- en bovenbouw: het idee dat ze het prima kunnen. Een kind hoeft niet daadwerkelijk competent te zijn in de activiteit; het idee competent te zijn, leidt ook al tot een grotere intrinsieke motivatie.
Prentenboekentips
Aan jou als leerkracht de taak om díe prentenboeken te selecteren die stimuleren om (meer) te gaan lezen. Zorg voor een rijk aanbod, waaruit het kind autonoom keuzes kan maken. Je zult bovendien zien dat er in prentenboeken aan veel meer doelen wordt gewerkt dan alleen technische leesvaardigheid. Prentenboeken die verbondenheid geven, zijn het geschiktst voor de midden- en bovenbouw. Het zijn boeken die de kinderen stimuleren om samen te lezen en die aanleiding kunnen geven tot discussie. Als de boeken verschillende leesniveaus in zich hebben, is dat helemaal ideaal. In het volledige artikel op Praxisbulletin.nl worden veel geschikte prentenboeken genoemd en besproken.
Wat doe jij om de leesmotivatie bij kinderen te ontwikkelen en vast te houden? Laat een reactie achter via onderstaand reactieformulier.