Voor dit artikel zijn we op bezoek gegaan bij vmbo Pascal Zuid in Zaandam, een kleine ambitieuze school waar alle geledingen zich enthousiast inzetten om leerlingen zoveel mogelijk perspectief te bieden.
Dit artikel gaat over muzikaal-ritmische intelligentie. We zeggen dat iemand muzikaal-ritmisch intelligent is als hij:
- een goed gevoel voor ritme heeft;
- graag naar muziek luistert;
- leert met muziek en rijm;
- van zingen en/of rappen houdt.
Waar taal vooral een activiteit is van de linkerhersenhelft, speelt de muzikaal-ritmische intelligentie zich vooral in de rechterhersenhelft af. Dat is ook de reden waarom leerlingen bij het maken van huiswerk soms graag muziek willen horen. De linkerhersenhelft is actief met leren, de rechter verveelt zich en wordt rustig gehouden met muziek.
Ritme speelt een belangrijk rol. In het filmpje zie je hoe de leerlingen van een brugklas kaderberoeps met een multi-cultuele achtergrond een lied zingen van Herman van Veen: “Opzij, opzij, opzij…” . Ze worden begeleid door hun juf Marieke Jonkers op het keyboard.
Toen ze aan het oefenen waren besefte ik hoe effectief dit zingen is voor het oefenen van de Nederlandse taal. Met name omdat veel kinderen van allochtone afkomst zijn. Ook was goed te zien hoeveel de oefeningen bijdroegen aan lichamelijke vaardigheden.
Ik heb Marieke gevraagd kernachtig de opzet van de les te te beschrijven. Ze zegt er het volgende over:
‘Deze les is bedoeld om voor de leerlingen een link te leggen tussen beweging en tempo en later ook ritme. Voor sommigen wordt door het toevoegen van beweging een ritme moeilijker, voor velen juist ook makkelijker. Woorden als tempo en ritme gebruik ik regelmatig in de les. Door de leerlingen deze muzikale aspecten (fysiek) te laten ervaren zullen ze deze termen beter kunnen begrijpen en zelf toepassen. Door tempo te koppelen aan sfeer, plaatsen de leerlingen het begrip in een context, waardoor de betekenis ervan nog duidelijker wordt. Dit komt ook naar voren in het lied dat ze gezongen hebben. Wat doet tempo met muziek? De leerlingen waren enthousiast. Door ze te laten bewegen komt er en hoop energie naar boven, maar het grootste deel van deze energie is toch in het ervaren van de muziek gaan zitten’.
Wel of geen problemen met een drukke klas? Het geheim van de thalamus
Ik heb ook nog iets anders ervaren in deze klas. Ik was onder de indruk van de wijze waarop de 25-jarige docente de les in deze drukke klas regisseerde. Ze geeft pas twee jaar les, maar doet dat met een natuurlijk flair. Ze kan deze zeer beweeglijke kinderen goed aan. Waarom? Ik heb daar een verklaring voor.
De thalamus is een groep zenuwcellen net boven de hersenstam die alle informatie die onze zintuigen verzamelen (behalve geur) filtert. De thalamus bekijkt dus welke informatie belangrijk genoeg is om door te gaan naar de hersenstam. Als je je probeert te concentreren zorgt de thalamus ervoor dat geluiden van de omgeving niet aankomen.
Mensen met een meer gesloten thalamus ervaren weinig prikkels en om dit te compenseren zoeken ze prikkels in de buitenwereld. Carl Jung noemde hen ‘extravert’. Mensen met een open thalamus ervaren veel prikkels en hebben de neiging zich af te wenden van de prikkels van buiten. Deze mensen noemde Carl Jung ‘introvert’.
Het is duidelijk dat docente Marieke exravert is. Ze heeft een gesloten thalamus die zich minder gelegen laat liggen aan de drukte van een klas dan een collega met een open thalamus.