Een jaar geleden sloot het basisonderwijs voor het eerst haar deuren vanwege corona. Een nieuwe periode brak aan: 8 weken thuisonderwijs. Alles werd uit de kast getrokken om er het beste van te maken. Toch blijkt dat vrijwel alle leerlingen erop achteruit zijn gegaan. Én dat de kloof tussen leerlingen groter is geworden. Dit zeggen verschillende onderzoeksresultaten over thuisonderwijs.
Tijdens de schoolsluiting hebben leerlingen in het basisonderwijs weinig tot niets geleerd. Dat blijkt uit resultaten van een onderzoek van Oxford University. Onderzoekers analyseerden ongeveer 15% van de Cito-toetsresultaten van groep 4 t/m 7 op Nederlandse basisscholen.
Toetsresultaten tonen verminderde vooruitgang aan
Vooral de Cito-toetsresultaten van rekenen, spelling en lezen werden onder de loep genomen. Cito vergeleek de toetsresultaten van 2020 met die van 2019. Daaruit blijkt dat leerlingen minder vooruitgang hebben geboekt ten opzichte van een normaal schooljaar. Ook het eindadvies van leerlingen ligt lager dan voorgaande schooljaren. Zo scoorden er relatief meer leerlingen op het laagste niveau en minder op het hoogste. Er zijn geen verschillen in resultaten te ontdekken per provincie of onderwijsinstelling.
Achterstandsleerlingen gaan het meest achteruit
De afdeling Onderzoek, Informatie en Statistiek van de gemeente Amsterdam (OIS) concludeerde dat leerlingen, die al een groter risico hebben op een leerachterstand, méér achteruit zijn gegaan dan andere leerlingen. Het effect bleek het grootst onder leerlingen in groep 7. Toch zijn de gevolgen voor de Amsterdamse leerlingen niet alleen negatief. Leerlingen die goed waren in begrijpend lezen en rekenen gingen op lezen wel degelijk vooruit. Het lijkt erop dat de hulp van ouders goed was voor de taalontwikkeling. Voor rekenen en wiskunde bleven de resultaten uit. Op dit vlak misten kinderen de school en leraren juist.
Begrijpend lezen in Limburg
Ook in Maastricht leed groep 7 het meest onder de schoolsluiting. Onderzoekers van Maastricht University vergeleken de toetsresultaten van Limburgse scholen en zagen een achteruitgang in begrijpend lezen. De kennis die overbleef na de lockdown was dus minder dan daarvoor.
Zorgen om voortgezet onderwijs
Ook de zorgen om het voortgezet onderwijs zijn toegenomen. Volgens de vmbo-, havo-, en vwo-afdelingen heeft ongeveer 85% van de leerlingen een achterstand opgelopen. De achterstanden bij beroepsgerichte vakken in het vmbo zijn volgens de VO-raad en Stichting Platforms vmbo (SPV) het grootst.
Kloof afhankelijk van steun door ouders
De verschillende mate waarin ouders hun kinderen konden ondersteunen tijdens het afstandsonderwijs heeft de bestaande kloof vergroot. Dit pakte vooral nadelig uit voor kinderen uit een achterstandspositie. Bij veel kinderen was het thuis onrustig, bijvoorbeeld vanwege thuiswerkende ouders én drukke broertjes en zusjes.
Impact op ontwikkeling én gezondheid
De coronacrisis heeft niet alleen impact op de ontwikkeling van kinderen maar ook op hun welbevinden. Zo heeft elke leerling het afstandsonderwijs anders beleefd. Wil jij handige tips én tools over de omgang van de impact van het afstandsonderwijs op leerlingen? Neem een kijkje op de website van NJI.
Hoe signaleer jij leerlingen met een oplopende leerachterstand? En op welke manier ondersteun je deze leerlingen? Deel het via het formulier hieronder, we zijn benieuwd.