Het onderwijs in Nederland moet structureel beter. Dit constateert de Inspectie van het Onderwijs in het op 14 april verschenen rapport ‘De Staat van het Onderwijs 2021’. De basisvaardigheden van leerlingen zijn onder de maat en de kansenongelijkheid neemt tijdens deze coronacrisis alleen maar toe, is de belangrijkste boodschap van het rapport.
Niet repareren, maar renoveren
Dat leerlingen en studenten vertraging hebben opgelopen door de coronacrisis is een feit. Het kabinet kondigde in februari al aan 8,5 miljard euro beschikbaar te stellen om een inhaalslag te maken. Maar alleen achterstanden wegwerken is niet genoeg volgens de Inspectie van het Onderwijs.
Laten we al die middelen, innovatiekracht en energie inzetten om méér te doen dan alleen het inlopen van de corona-achterstanden. Laten we daadwerkelijk zorgen voor duurzame verbetering, klinkt het in het rapport. ‘Als de ambitie van de reparatie is om het onderwijs terug te brengen tot de toestand van vóór 2020, dan zijn teveel leerlingen daar niet mee geholpen.’ Er is groot onderhoud aan ons stelsel nodig. Dat vereist een meerjarenplan met voldoende tijd, heldere keuzes en structurele middelen.
Onderwijs niet op afgesproken niveau
In ‘De Staat van het Onderwijs’ zegt de Onderwijsinspectie dat het niveau van basisvaardigheden bij jongeren omhoog moet. Cijfers daarover waren al zorgelijk en deze zijn in het afgelopen jaar alleen maar slechter geworden. Denk aan onvoldoende taalvaardigheid, rekenvaardigheid en ook maatschappelijke vaardigheden. ‘Deze leerlingen lopen daarmee het risico om uiteindelijk laaggeletterd of laaggecijferd het onderwijs te verlaten.’
Zorgen om kansenongelijkheid
Uit het rapport blijkt dat basisschoolleerlingen minder vooruitgang hebben geboekt dan de jaren ervoor. Dit geldt voor zowel rekenen en spelling als voor begrijpend lezen. De negatieve gevolgen zijn het sterkst merkbaar bij leerlingen met een lage of gemiddelde sociaaleconomische achtergrond.
We weten al langer dat er kansenongelijkheid bestaat in het onderwijs. Voor de pandemie zagen we al dat die ongelijkheid niet afnam, door allerlei oorzaken en ondanks alle goede intenties. De opgave om alle leerlingen de basisvaardigheden mee te geven die ze nodig hebben in de maatschappij staat onder druk. Door de crisis lijkt deze druk te zijn opgelopen.
Aanpakken én doorpakken
‘De Staat van het Onderwijs’ doet een dringende oproep: maak van de aangekondigde reparatie een renovatie. Benut nu de energie en de investeringen waarmee de gevolgen van corona worden hersteld. En herstel ook de onderliggende oorzaken van de teruglopende basisvaardigheden en de kansenongelijkheid in het onderwijs. Aanpakken én doorpakken, want die kans krijgen we niet snel meer.
Om dit doel te bereiken hoeven niet allerlei nieuwe dingen te worden bedacht – liever niet zelfs. Het is juist nú van belang om te doen wat echt werkt. Om aanpakken te kiezen die beproefd zijn en die zich bewezen hebben. Er is al zo veel kennis en ervaring in het onderwijs aanwezig. Benut die vooral. Het rapport geeft als voorbeeld de scholen die tijdens de crisis konden terugvallen op een bestaande basis van kwaliteit. Daar blijken leerlingen het ook nu beter te doen dan op andere scholen.
Download het hele rapport of de hoofdlijnen bij de Onderwijsinspectie.
Online conferentie: antwoord op openstaande vraagstukken
Op 11 mei kun je de online conferentie volgen. De reacties op ‘De Staat van het Onderwijs 2021’ en openstaande vraagstukken worden besproken. Ook kun je diverse inspiratiesessies volgen en gaat de inspectie in gesprek met partners en onderwijsprofessionals over oplossingen voor knelpunten in het onderwijs. Het programma start om 09.30 uur en is om 13.00 uur afgelopen. Wil je meedoen of wil je op de hoogte blijven van de discussie? Meld je aan voor het online programma
Welke punten uit het rapport van dit jaar vind jij het meest opvallend? Deel je mening via onderstaand reactieformulier.