Voordat ik overga naar de volgende perceptuele stijlen is het belangrijk even een tussenstap te maken. Er moeten namelijk eerst enkele vragen worden beantwoord. Naar aanleiding van het vorige artikel merkte een lezer op dat er verschillende geheugens moeten zijn die op verschillende manieren reacties veroorzaken.
Dilemma van de vis
Neem de poes uit het filmpje. Hij neemt met de ogen de contouren van een vis waar in een kom. Hij stuurt het beeld door naar zijn visuele geheugen. Er is een match: het is een vis. De poes associeert de vis met voedsel. Dus erop af! Op het moment suprême blaft de vis. De poes stuurt het geluid door naar zijn auditief geheugen. Er is weer een match: het is een hond. Een poes associeert een hond met gevaar. Dus wegwezen!
In een eerder artikel over de biologie van agressie hebben we gezien dat er zich enkele ingebouwde systemen in ons brein bevinden die zich primair richten op veiligheid (hersenstam) en op verbondenheid (limbische systeem). De vis appelleert op twee manieren aan veiligheid. In eerste instantie ziet de poes de vis als een bron van voedsel. Dit houdt veiligheid in, omdat voedsel in dienst staat van het voortbestaan van de poes. In tweede instantie krijgt echter de auditieve cortex een geheel ander signaal: geblaf. Het auditief geheugen signaleert nu echter een gevaar voor de veiligheid: er is onmiddellijk levensgevaar. De poes moet hu kiezen en kiest natuurlijk voor het opheffen van het levensgevaar en loopt weg.
U ziet dus hoe gecompliceerd de werking van het brein kan zijn. Zonder vooraf ingebouwde, genetisch bepaalde en dus razendsnelle modules, zouden we niet kunnen overleven.
Spiegelneuronen en autisme
Nog een ander voorbeeld. Onlangs was ik op een huwelijksfeest en natuurlijk was er een fotograaf. Een van de gasten had haar baby meegenomen van zo’n zes maanden oud. Er verder was er een allleraardigst jongetje van net twee jaar.
Als je regelmatig voor onderwijsvanmorgen.nl schrijft, ontkom je op den duur niet aan enige beroepsdeformatie en ik zag daarom sociale processen die de meeste andere aanwezigen ontgingen.
De ingehuurde fotograaf maakte foto’s. Dat ging heel professioneel en heel natuurlijk. De mensen glimlachten, lachten, keken ernstig al naar gelang de loop van hun gesprek. Het was duidelijk: hier werkte de ethiek van de verbondenheid vanuit het limbische systeem.
Er werden ook aparte groepjes gemaakt. Als die eenmaal juist waren gegroepeerd, riep de fotograaf: “Glimlachen!”. Er verschenen echter geen glimlachjes, maar slechts pogingen daartoe die soms meer op “grijnzen” leken. Toen keek ik naar het baby’tje. Zij ging van hand tot hand, van vrouw tot vrouw. De dames maakten daarbij allerlei geluidjes en glimlachten allerhartelijkst. En wat deed de baby? Haar ingebouwde modules voor veiligheid en geborgenheid zetten de spiegelneuronen aan het werk en zij lachte terug. Daarmee verzekerde zij zich van opname in de groep en dus voor veiligheid en geborgenheid. Het tweejarig jongetje had deze les allang geleerd en bespeelde de omstanders naar hartelust. En dit gedrag, beste lezers, kennen kinderen met autisme niet. Hun spiegelneuronen werken niet of slechts gebrekkig. Hier zit een belangrijke bron van hun problematiek.
Filmpje met ondertiteling
U kunt de presentatie van neurowetenschapper Vilayanur Ramachandran over spiegelneuronen mét ondertiteling bekijken bij TED Talks. De Nederlandse (Dutch) ondertiteling kunt u direct onder het filmpje activeren.