Wij leren onze kinderen op school hoe je met anderen omgaat en dat er veel opties zijn voor we elkaar de hersens inslaan. We leren ze dat het oneerlijk verdeeld is in de wereld en dat wij daar verschil in kunnen maken, ook al zijn we maar klein of met weinig. We leren onze kinderen dat je altijd naar jezelf moet kijken voor je een oordeel vormt. We leren ze dat vooroordelen, racisme en discriminatie in onze samenleving niet acceptabel zijn.
Onze lesmethodes staan vol met ‘hoe heurt het eigenlijk’. We hebben geschiedenisboeken vol met de verhalen uit de tijd dat Nederlanders het niet zo nauw namen met de levens van anderen (heksenjacht, vervolging van ketters, slavernij, …). Zo moet het dus niet!
We sponsorlopen voor de plaatselijke voedselbank, we kijken een Klokhuisaflevering over kinderarbeid, we laten iemand van de Wereldwinkel komen om te vertellen wat fairtrade betekent, we helpen Freek en het WNF met hun Red de Haaienactie en vragen ouders om geen pakjes drinken meer voor hun kinderen te kopen. Adem even rustig in en uit.
Want ja, dat doen wij allemaal.
We streven ernaar de kinderen op school meer bij te brengen dan rekenen en taal. Levenslessen zeg maar.
Vervolgens gaat een heel groot deel van de leerkrachten in Nederland (ik incluis) op zaterdag even naar die heel goedkope grote winkel (je weet wel) om daar die handige bakjes, die superleuke puzzels en die enorm goedkope fotolijstjes te halen. Tassen vol slepen we mee naar school. We doen dat niet één keer per jaar, maar verschillende keren. De materialen die we kopen zijn negen van de tien keer snel kapot of versleten, maar het was toch alleen maar voor de Kinderboekenweek of voor kerst.
Toen ik vorige week weer met een tas vol thuiskwam, steeg het schaamrood me ineens naar de kaken. Wat ben ik aan het doen? Hoe weet ik nu of al die goedkope troep niet door onderbetaalde werknemers ergens in India gemaakt is, of in milieuvervuilende fabrieken die in Europa verboden zijn?
En dan heb ik het nog niet eens over mijn bijdrage aan de afvalberg op deze manier. Het is moeilijk om de waarheid te achterhalen, zeker als het gaat om enorme winstgevende bedrijven zoals ‘je weet wel’. Maar ik heb altijd nog mijn gezond verstand.
Ik wil de kinderen heel graag leren over het behoud van de aarde en hoe we als mensen met elkaar om moeten gaan. En ik weet ook dat het zelfs voor Tony Chocolonely niet mogelijk bleek om slaafvrije chocolade te maken.
Maar voor mij is het duidelijk geworden: de wereld verbeteren begint echt bij jezelf. Ik ga morgen eens langs de Wereldwinkel. Ik zoek nog een leuke spiegel voor in de klas.