De cijfergemiddelden van leerlingen tot en met december van schooljaar ‘21/’22 zijn globaal gezien opnieuw licht gedaald, in vergelijking met dezelfde periode in eerdere jaren. Dit toont het landelijke onderzoek van The Implementation Group (TIG) aan. Opvallend daarbij is dat onderlinge verschillen tussen leerlingen groter worden en het verschil het grootst is bij leerlingen met de laagste cijfers. In totaal is tot 85% van de behaalde gemiddelden minder goed dan vorig jaar en presteert de beste 15% vergelijkbaar of zelfs beter.
Dit artikel verscheen eerder op tignl.eu.
TIG wil een essentiële bijdrage leveren aan het onderwijsproces door het ontwikkelen en implementeren van praktische dashboard- en analyseoplossingen. TIG deed onderzoek naar de effecten van COVID-19 op het voortgezet onderwijs en naar de effectiviteit van interventies in het kader van het Nationaal Programma Onderwijs.
Daling het sterkst bij bovenbouw havo
De onderbouw lijkt, na een sterkere daling vorig jaar, dit jaar iets te stabiliseren. Deze stabilisatie, en soms zelfs licht herstel, is vooral te zien bij havo, vwo en de havo/vwo-dakpanklassen in de onderbouw. De andere schoolniveaus laten nog wel een negatieve trend zien dit jaar, al dan niet in lijn met eerdere jaren. Bij de bovenbouw is er een neerwaartse trend in de cijfers bij alle schoolniveaus, al is de daling op de havo het grootst.
Slechtere prestatie op maatschappij- en kunstvakken
Op vakniveau stabiliseren, na een duidelijke daling vorig jaar, de gemiddelden op de exacte vakken (zoals wiskunde) in de onderbouw. Daar staat tegenover dat in de bovenbouw juist een dalende trend doorzet. Bij de talen in de onderbouw is er enige stijging, na jaren van lichte daling. In de bovenbouw is ook bij deze vakken juist een dip te zien. De maatschappij- en kunstvakken laten in de onderbouw beiden een vervolg zien van de al vóór corona ingezette lichte negatieve trend. In de bovenbouw wordt er dit jaar in deze vakken, die vorig jaar nog redelijk stabiel waren, minder gepresteerd. De praktijkvakken laten in het huidige cursusjaar, voor zowel de onderbouw als bovenbouw, een vergelijkbare neerwaarts knik zien. Tot slot worden verschillen tussen leerlingen ook op de onderliggende vakken structureel groter, wat opnieuw duidt op de verschillende invloed van de coronapandemie op hoger- en lager-scorende leerlingen.
TIG Schoolmonitor helpt scholen om effecten NPO-interventies te monitoren
TIG doet sinds vorig jaar onderzoek naar de impact van de coronapandemie op het voortgezet onderwijs. Dat gebeurde in de vorm van de TIG Schoolscan, waarmee scholen een probleem- en behoefteanalyse konden maken om vervolgens met de NPO-menukaart interventies op te stellen. Op verzoek van veel scholen zet TIG dit werk voort en biedt – naast het landelijke rapport – kosteloos de schoolspecifieke Schoolmonitor aan. De TIG Schoolmonitor stelt scholen in staat voor hun eigen leerlingen te bekijken hoe ze staan qua onderwijsresultaten, om zo leerlingen te monitoren, de effecten van interventies te evalueren en daarop concrete verbeteracties te introduceren.
Wil je meer lezen over de resultaten van dit onderzoek of meedoen aan de TIG Schoolmonitor? Op de website van TIG kun je het rapport opvragen.