In de toekomst zijn technische vaardigheden en exacte wetenschappen belangrijker dan ooit. Toch blijft de interesse in techniek bij jongeren maar matig. Hoe enthousiasmeer je een grotere groep jongeren voor wetenschap en techniek? Hiervoor ontwikkelde Nemo een toolkit.
Door de opkomst van nieuwe technologieën zijn technische scholing en wetenschappelijke vaardigheden belangrijker dan ooit. Ondanks de aandacht die hiervoor is, lukt het tot op heden nog niet om voldoende jongeren aan te spreken. Met het vooruitzicht op een tekort aan arbeidskrachten, startte de EU Hypatia: een project om meer jongeren te interesseren voor een carrière in de wetenschap en technologie. Het Nemo Science Museum coördineert in Nederland dit project.
Nemo-toolkit
Nemo ontwikkelde een toolkit met kant-en-klare lesmodules voor in de klas, tijdens een museumbezoek of bij een bezoek aan een bedrijf of onderzoeksinstelling. Het EU-project Hypatia richt zich sterk op genderinclusiviteit, om zo ook meisjes voor techniek te interesseren. Nemo wil met de toolkit een diverse groep leerlingen aanspreken en houdt daarbij rekening met de diverse leervoorkeuren.
Zo zijn er verschillende modules: ‘lanceer een pingpongbal’, waarbij een link wordt gelegd met natuurkunde. Maar ook ‘wearable technology’, waarbij leerlingen als creatief ontwerpers aan de slag gaan met digitale snij- en naaimachines. Zo ontdekken leerlingen welke kanten van techniek bij hen passen en welke mogelijkheden er zijn voor een loopbaan op technisch en wetenschappelijk gebied.
Samenwerken in techniek
Om meer jongeren in Nederland te interesseren voor een carrière in de techniek, werkt Nemo onder meer samen met Tech Your Future, een expertisecentrum voor techniekonderwijs. Ze richten zich op alle onderwijsniveaus en hebben als doel dat vier op de tien leerlingen uiteindelijk terechtkomt in de techniek. Behalve onderwijsmateriaal bieden zij ook trainingen aan docenten. Want: ‘Goed onderwijs in wetenschap en technologie begint met goede leerkrachten. De onderwijsprofessional vormt de sleutel in het creëren van een leeromgeving die aansluit op de behoefte van de maatschappij.’
Techniek in jouw klas
De Nemo-toolkit richt zich op het voortgezet onderwijs, maar ook als docent op het primair onderwijs kun je aan de slag met techniek. Zo ontwikkelde het landelijk expertisebureau voor meisjes en vrouwen in bèta en techniek de talentenkijker: een lessenserie voor groep 7 en 8 van de basisschool. Wil je specifiek aandacht besteden aan de genderinclusiviteit van jouw lessen? Hier een aantal tips uit de Nemo-toolkit:
- Een neutrale houding bij het toewijzen van taken, vermijd stereotype rollen.
- Voorkom stereotype reacties. Leg verwachtingen bij techniekonderwijs voor jongens en meisjes even hoog. Wees niet extra toegeeflijk bij meisjes.
- Voorkom dat jongens een prominentere rol gaan spelen en moedig meisjes aan hun mond open te doen.
- Stel stereotypen ter discussie. Vertonen leerlingen stereotype gedrag? Gebruik dit als aanleiding om het te bespreken.
- Rolmodellen zijn een effectieve manier om jongeren te interesseren in techniek. Gebruik je voorbeelden van techniek-professionals of krijg je sprekers in de klas? Zorg dan voor een goede balans tussen mannen en vrouwen.
Hoe enthousiasmeer jij je leerlingen voor wetenschap en techniek? Laat een reactie achter via onderstaand reactieformulier.
Foto: S-F/Shutterstock
