Ben jij leraar in het speciaal basisonderwijs (SBO)? En wil je graag meer weten over hoe je regulier lesmethodemateriaal kunt gebruiken in het speciaal onderwijs? SBO-leraren Iris de Glee en Miriam Wasterval delen hun aanpak, ervaringen en tips.
Meer tijd, aandacht en begeleiding
Een kind op het speciaal onderwijs heeft meer een-op-een aandacht nodig. Om dit te kunnen bieden, heeft het SBO vaak kleinere klassen en meer onderwijsassistenten. Ook wordt meer de tijd genomen om bepaalde lesstof uit te leggen. Per dag wordt gekeken of doelen behaald zijn. En ieder kind mag hierin het eigen tempo aangeven. Iris: ‘Dat is fijn voor de kinderen, omdat zij minder druk ervaren. Maar het is ook fijn voor mij als leraar. Als ik een leuk spelletje voorbij zie komen, dan heb ik alle tijd en ruimte om dat rustig uit te proberen in de klas.’
Ook heeft een kind in het SBO meer instructies en begeleiding nodig. ‘Wij moeten ze meer aan de hand meenemen en door het proces heen loodsen’, vertelt Miriam.
Hoe gebruik je reguliere lesmethodes in het SBO?
Er bestaan geen lesmethodes die specifiek ontwikkeld zijn voor het speciaal basisonderwijs. Leerkrachten in het SBO gebruiken dus reguliere lesmethodes. Maar hoe maak je dit passend voor de kinderen? Met een combinatie van een andere aanpak en creativiteit.
Iris gebruikt in haar klas de Malmberg-methode Wereld In Getallen. In het reguliere onderwijs behandelen leerkrachten een les per dag. In haar klas smeert Iris diezelfde les soms wel uit over drie dagen. ‘Kinderen in het SBO hebben meer uitleg en herhaling nodig totdat het kwartje valt. Met veel voorbeelden en spelletjes proberen we het begrip te vergroten. En we gaan pas door naar een volgend onderwerp wanneer iedereen het snapt.’
Miriam gebruikt in haar klas ook graag de lesmethoden van Malmberg. Zo gebruikt ze Lijn 3, Station Zuid, Wereld in Getallen, Naut Meander Brandaan, Taal actief en Klinkers.
‘Een kind in het SBO heeft veel last van prikkels en wordt snel afgeleid. De lesmethoden van Malmberg hebben een duidelijke structuur, steeds dezelfde opbouw en niet te veel poespas. Dat vinden de kinderen, en ikzelf, heel fijn werken.’
Ook vindt Miriam het prettig dat de lesmethodes verschillende niveaus en opties aanbieden. Na het geven van een gezamenlijke instructie, kan ieder kind op het eigen niveau en tempo doorwerken.
3 tips om het lesmateriaal te verrijken
Kinderen in het speciaal basisonderwijs hebben vaak moeite met leren en concentreren. Om de kinderen toch beter mee te krijgen in de lesstof, geven Iris en Miriam de volgende tips:
- Maak het visueel
Kinderen in het SBO vinden lezen vaak lastig en zijn visueler ingesteld. De lesstof blijft hierdoor beter plakken als ze iets zien of doen. Zo heeft Iris een leuk voorbeeld voor het oefenen met de tafel van 5. ‘We steken allemaal onze handen in de lucht en tellen samen alle vingers. Dit werkt gewoon twee keer zo goed als wanneer je het op het bord zou uitleggen.’
Ook Miriam past deze tip graag toe. Hoeveel koekjes krijgt ieder kind als er dertig stuks zijn in totaal? Door samen koekjes te bakken en te tellen, maakt Miriam het op een leuke (en lekkere) manier visueel.
- Pas lesstof aan op belevingswereld van het kind
Omdat de kinderen in het SBO moeite hebben met lezen, zitten ze vaak op een lager leesniveau. Maar kun je een kind van tien zomaar lesmateriaal geven dat bedoeld is voor een kleuter van vijf? Grote kans dat het niet aansluit op de belevingswereld en dus minder interesse opwekt.
Iris heeft gemerkt dat haar kinderen erg enthousiast worden van dieren. Gaan de kinderen een boekje lezen of een knutselwerkje maken? Dan zorgt Iris ervoor dat dit iets met dieren te maken heeft. ‘Vierkantjes knippen en plakken vinden ze maar saai en kinderachtig. Maar van een 8 een pinguïn kleuren, vinden ze fantastisch.’
In principe doet het kind dezelfde simpele opdracht, maar dan aansluitend op de interesses. En zo spreekt het veel meer aan.
- Gebruik persoonlijke verhalen
Miriam gebruikt graag situaties en gebeurtenissen uit haar leven als input voor haar lessen. Zo was ze eens haar broodtrommel met twee pannenkoeken erin kwijtgeraakt op school. Na twee maanden vonden ze de broodtrommel terug. En je raadt het al: de pannenkoekjes waren volledig beschimmeld. In plaats van deze weg te gooien, maakte Miriam hier een leuke biologieles van. Zo leerden de kinderen op een grappige en herkenbare manier over de afbreektijd van verschillende materialen.
Ook heeft ze voor een rekenles over tijd en kilometers een persoonlijke reis gebruikt als voorbeeld. ‘Ik ging naar Parijs voor een rugbywedstrijd en moest om 16:00 uur in het stadion zijn. Vervolgens vraag ik aan de kinderen hoe laat ik van huis moest vertrekken om op tijd te komen.’
Controles, tanken, een parkeerplaats vinden… de kinderen namen met veel enthousiasme alles in de berekening mee. Want zeg nu eerlijk: het is toch superleuk als je juf met zoveel verbeelding een rekenopdracht kan uitleggen?
Inspireer ons met jouw tips
Heb jij nog leuke aanvullende tips? Dingen die in jouw SBO-klas heel goed werken? Laat het ons weten via onderstaand formulier