Home » Zo zet jij de twee meest effectieve leerstrategieën in

Zo zet jij de twee meest effectieve leerstrategieën in

Post-its op een bord voor het activeren van de voorkennis

Hoe bereiden jouw leerlingen zich voor op een toets? Markeren ze belangrijke zinnen in de tekst of herlezen ze meermaals het tekstboek? Schrijven ze misschien samenvattingen om de stof te begrijpen? Het zijn enkele voorbeelden van bekende strategieën die meestal weinig opleveren. In dit artikel gaan we in op twee bewezen effectieve leerstrategieën waarmee je je leerlingen helpt om beter te leren.

Waarom deze drie leerstrategieën niet werken

Markeren

Het markeren van tekst lijkt handig: je arceert de belangrijke zinnen in de tekst en prent ze zo in je geheugen. Maar meestal weet je nog niet wat de belangrijkste stukken in de tekst zijn, je markeert al snel te veel of de verkeerde dingen. Onderzoek laat keer op keer zien dat markeren niet helpt om de stof beter te onthouden, zoals psycholoog Gino Camp ook vertelt in een video van de Universiteit van Nederland.
Een kleine kanttekening is hier op z’n plaats: als je deze techniek gebruikt om enkele sleutelwoorden te markeren zodat je ze later gemakkelijk terug kunt vinden om ze verder te verwerken, kan het wel zinvol zijn.

Herlezen

Herlezen is een geniepige val waar je makkelijk intrapt. Bij het herlezen van tekst herken je de zinnen en denk je dat je de stof geleerd hebt. Maar niets is minder waar. Lees een stuk tekst een paar keer opnieuw en je zult je de volgende dag inderdaad veel herinneren. Maar na een week is de meeste kennis alweer verdwenen uit je geheugen. Je hebt de informatie niet weten op te slaan in je langetermijngeheugen.

Samenvatten

Maar samenvatten dan? Dat is toch juist heel erg effectief? Niet per se. Het knippen en plakken van tekstfragmenten om de stof compacter te maken levert volgens onderzoek niet veel op. Wil je toch graag samenvatten? Doe het dan in je eigen woorden met je boek dicht. Het liefst enige tijd nadat je de tekst hebt gelezen. Zo moet je graven in je geheugen en activeer je de kennis. Het is niet erg als je af en toe toch nog iets moet opzoeken. Je maakt dan sterke verbindingen tussen de nieuwe en bestaande kennis.

Wat werkt dan wel?

Het actief verwerken van informatie is dus wel effectief. Er zijn twee bewezen goede strategieën die dit actieve proces ondersteunen. Het is belangrijk dat nieuwe kennis gekoppeld wordt aan bestaande informatie in het langetermijngeheugen. De verbindingen die je dan aanmaakt of versterkt, helpen om snel bij deze informatie te komen en het te begrijpen. 

Effectieve leerstrategie 1: De stof gespreid verwerken

Wil je stof dieper laten doordringen tot het langetermijngeheugen dan is het een goed idee om de informatie te spreiden over de tijd. Zo kom je op meerdere momenten in aanraking met de stof. Als docent kun je de stof op meerdere momenten laten terugkeren in de lessen. Wil je deze strategie nog verder benutten? Zorg dan ook voor verschillende manieren om de stof te verwerken.

Begin bijvoorbeeld met het activeren van voorkennis, waardoor de deur naar het koppelen van nieuwe informatie aan bestaande wordt opengezet. Verderop in dit artikel vind je een uitgewerkte lessuggestie die weergeeft hoe je dit aan kunt pakken.

Effectieve leerstrategie 2: Zelf-toetsen

Stimuleer je leerlingen om zichzelf te toetsen. Hiermee verankeren leerlingen de stof in hun brein. Dit kan met vragen die je voor de leerlingen bedenkt maar het wordt nog effectiever als meer gevorderde leerlingen de vragen zelf bedenken. Het zelf bedenken van vragen zorgt er namelijk voor dat leerlingen nadenken over wat wel en niet belangrijk is. Ook met deze strategie haal je informatie actief op uit je geheugen om het te verwerken.

In de les kun je leerlingen vragen in tweetallen voor elkaar flashcards te maken die ze samen oefenen.

Meer lezen?

  • Download gratis het boek Wijze lessen.
  • Probeer de uitgewerkte lessuggestie uit.

Lessuggestie

Activeer de voorkennis van de leerlingen met een ‘brown paper sessie’.

Voorbereiding
Hang een groot stuk papier op en leg een stapeltje post-its op elke tafel. 

Voorbeeld onderwerp
De waterkringloop. Je kunt het onderwerp in dit voorbeeld eenvoudig inwisselen voor een eigen onderwerp.

Stappenplan

  1. Vraag de leerlingen om in een paar minuten in stilte alle begrippen die ze kennen over de waterkringloop te noteren op afzonderlijke post-its. Daag ze uit om zoveel mogelijk op te schrijven. Denk aan bijvoorbeeld: rivier, regen, zee en wolken.
  2. Laat de leerlingen naar voren komen om al hun post-its op te plakken op het bord.
  3. Als alle post-its hangen mogen ze gaan groeperen. Wat bij elkaar past plakken ze bij elkaar. Wat vaker is opgeschreven, mag worden verwijderd zodat er nog één van over is.
  4. De leerlingen mogen op post-its in een andere kleur, een categorie  bedenken waar de groep post-its bij hoort. Bijvoorbeeld condensatie, verdamping, neerslag en infiltratie.
    Variant: Je kunt de leerlingen ook helpen door zelf deze indeling voor te bereiden. Nadat de leerlingen klaar zijn, plak je jouw topics op en vraag je de groep om hun post-its bij de juiste topics te plakken.
  5. Laat enkele leerlingen hun post-its kort toelichten.
  6. Geef aan de hand van het schema dat jullie gezamenlijk hebben gemaakt, een duidelijke en gestructureerde instructie over de verschillende fasen van de waterkringloop. Tijdens de instructie kun je eventueel gemiste onderwerpen toevoegen aan het schema, begrippen die er niet thuishoren verwijderen of naar een andere categorie verplaatsen. Leg daarbij steeds uit waarom iets beter bij de nieuwe categorie past of eigenlijk niet bij het onderwerp waterkringloop hoort. 
  7. Werk na de les het schema uit in een diagram dat je kunt printen en uitdelen.
  8. In een volgende les deel je het diagram uit en laat je video’s zien waarin de begrippen uit de waterkringloop visueel worden toegelicht.
  9. Geef daarna een korte quiz met meerkeuzevragen over de waterkringloop om te controleren of de leerlingen de stof hebben begrepen.
  10. Bespreek de antwoorden met de klas en geef uitleg waar nodig.
  11. In een volgende les laat je de leerlingen in groepjes een poster maken over de waterkringloop.
  12. Na afloop van deze les geef je een korte samenvatting van wat ze hebben geleerd.

Toelichting op deze werkwijze: 

Brown Paper Sessie
Hiermee activeer je de voorkennis op een actieve manier. Het betrekt de leerlingen actief en maakt hun voorkennis zichtbaar.

Stilte aan het begin
Het geven van een paar minuten stilte aan het begin is een manier om de leerlingen te laten concentreren en nadenken. Nog een voordeel: Iedere leerling doet mee, ook de wat stillere leerlingen komen aan de beurt.

Groeperen
Dit is een interactieve manier om leerlingen te laten nadenken over categorieën en relaties tussen begrippen.

Instructie
Het geven van instructie op basis van het gemaakte schema is een manier om de lesinhoud te koppelen aan de voorkennis van de leerlingen.

Diagram
Hiermee geef je de leerlingen een visueel hulpmiddel om de stof te begrijpen. Het is extra aansprekend omdat ze zelf hebben bijgedragen aan het diagram.

Video’s
Met video’s licht je de begrippen visueel toe en help je de leerlingen de stof beter te begrijpen.

Quiz
Hiermee controleer je of de leerlingen de stof hebben begrepen en kun je eventuele misconcepties aanpakken.

Poster
Dit is een creatieve manier om de leerlingen de stof te laten verwerken en verdiepen.

Samenvatting
Een samenvatting helpt de leerlingen om de belangrijkste punten van de les te onthouden.

Laatste onderwijsnieuws

Onbeperkt toegang
met je OvM account

Met het OvM account krijg je als onderwijsprofessional toegang tot meer artikelen en regel je welke informatie je wilt ontvangen. Bijvoorbeeld de nieuwsbrief of Juf & Meester.